Hobbeldebobbel
26-09-2012
De grens naar Kenia was opnieuw goed te doen, een uurtje met z’n drieën. Na het regelen van al het papierwerk, gingen de helmen op de hoofden en werden we plots tegen gehouden door een hoge pief met twee zwaar gewapende soldaten ernaast. We mochten niet vertrekken. Daan vroeg naar de reden van dit oponthoud, en kreeg te horen dat ze ‘een hartig woordje met hem wilden spreken’. Ze beweerden dat we mensen hadden gefilmd, dat dit niet mocht en dat we een groot probleem hadden. Daan beweerde toch echt de camera’s niet gebruikt te hebben en vroeg de beste man wanneer hij dit dan had gezien. Antwoord bleef uit, we hadden ons toch echt misdragen… Daan hield voet bij stuk en begon de beste kerels maar te negeren; uiteindelijk mochten we dan toch vertrekken. Opnieuw een trucje om wat smeergeld van je te ontfutselen, maar als je gewoon respectvol blijft en voet bij stuk houdt komt het goed! Afrika blijft Afrika; je moet op je hoede blijven!
Kenia stond eigenlijk in het teken van één ding: het visum voor Ethiopië. Dit is een drama; vele reizigers draaien om of besluiten naar huis te verschepen. Anderen vliegen naar hun thuisland om het visum op te halen of sturen hun paspoorten naar huis. Een enkeling krijgt het voor elkaar, en krijgt tegen de regeltjes in een mooi stickertje in z’n paspoort… We reden na de grensovergang direct door naar Nairobi, naar het overlanders-hostel Jungle Junction en sprongen de volgende ochtend vroeg op de motor; op naar de ambassade van Ethiopië. We verwachtten een deksel op onze neus, maar mochten een aanvraagformulier invullen en de ambassadeur ontmoeten. Je verwacht een strenge nette dame, maar we troffen een hippe strenge tante met tatoeages in haar gezicht en rond haar nek; vreemd… Ze weigerde onze visumaanvraag (omdat we niet in Kenia wonen) maar we probeerden onze ‘hongerige-Labrador-look’ en vertelden over onze lange reis. Plots wilde ze (alle!) visumstempels in onze paspoorten zien en uiteindelijk kregen we dan toch het felbegeerde stickertje! Uiteindelijk bleven we er een paar nachtjes hangen om aan de motoren te werken en te genieten van snel internet! En ach, als de stroom dan uitvalt zit je heel zielig de route te plannen zoals ze dat in de middeleeuwen ook deden, met een heuse kaart!
Tussen Nairobi (Kenia) en Addis Abeba (Ethiopië) zijn eigenlijk twee routes. De Moyale-route: een berucht slechte weg, maar met brandstof onderweg en de korte/snelle route. De Lake Turkana-route is de andere optie; 800 km onverhard binnendoor zonder brandstof maar mét veel inheemse bevolkingsgroepen, onze voorkeur dus. Het brandstofprobleem moet opgelost worden door aan te haken met een 4×4, zodat zij je extra jerrycans benzine kunnen vervoeren; je kunt echt geen 50 liter benzine achterop je motor versjouwen als je flink offroad moet rijden. We ontmoetten slechts één auto die dezelfde kant op wilde gaan, maar de eigenaren verstijfden bij het levensgevaarlijke idee van 100 liter benzine op het dak; dat was veeeeeeel te zwaar en gevaarlijk. Alleen die reactie al deed ons twijfelen of dit de juiste mensen zouden zijn om zes dagen mee te reizen… dus besloten we de Moyale-route te gaan rijden. Het enorme aantal politiecheckpoints in Kenya viel wel erg op, en zeker ook de enge manier waarop ze auto’s stoppen; gelukkig kun je met de motor de enge pinnen goed ontwijken!
We vertrokken opnieuw met z’n drieën en kampeerden in de bush; lekker goedkoop en efficiënt qua rijtijd. Toen we voor de laatste keer vol hadden getankt stonden we nog even te ontspannen bij het tankstation. Een grote 4×4 kwam het tankstation binnen rollen… en bleef rollen; tegen Mirjam d’r motor aan en vervolgens er bovenop; Mirjam d’r arme koetje lag verkreukeld onder 3 ton Landcruiser. Mirjam ging werkelijk compleet uit d’r plaat, en de eigenaar schrok zich rot en bood z’n excuses zeker 124 keer aan (‘Please forgive me as a human being…’). Maar Mirjam bleef razen, want d’r arme Milka Koetje lag er redelijk sneu bij. We duwden de auto van de motor af, en de bestuurder legde uit dat hij er echt niets aan kon doen, want de remmen deden het niet. Uiteraard had hij geen verzekering, maar later bleek dat het een politieauto was. Afrika, de politie rijdt zonder remmen én zonder verzekering rond. De bestuurder vroeg om vergiffenis, wat hij in eerste instantie niet kreeg. We eisten een werkplaats om de koffers en het kofferrek recht te buigen en de motor goed na te lopen. Gelukkig viel het mee, de motor zelf bleek ongeschonden en het rek, tja… dat rommelen we wel weer recht. Uiteindelijk bleek ook de (bijna helemaal weggerotte) uitlaat afgebroken en dat werd keurig gelast. De werkplaats voelde erg als thuis voor Daan, het was net alsof hij in de ‘werkplaats’ van z’n vader aan het klussen was…
Op de achtergrond zie je ook de politieauto professioneel uitgedeukt worden (jaja, een Africa Twin krijgt ook heus een deuk in een Landcruiser!).
Toch een beetje geschrokken van dit soort onverwachte ellende reden we door en ging Daan onderuit in een grote poel van fesfes, het fijnste en stoffigste stof denkbaar. De motor had wel wat schade, maar was rijdbaar en uiteindelijk bereikten we opnieuw een mooi wildkampeerplekje in de bush; Mirjam ging snel de tent opzetten en Daan ging meteen aan de slag om z’n dashboard op te kuisen; veel uitdeuken-zonder-spuiten :-S. Maar ach, het hoort erbij en als je het niet weet en je ogen dicht houdt kun je eigenlijk niet meer zien dat de motor schade heeft gehad!
Uiteindelijk reden we de volgende dag verder naar de grens en overleefden we de Moyale-route redelijk; 400km verschrikkelijk stenig, kuilig en washboardig gravel en zand ben je snel zat en het asfalt in Ethiopië was dan ook erg welkom! Onderweg kwamen we nog wel een grader tegen, maar zonder motorblok maakt dat de route ook niet rijdbaarder natuurlijk . (Tijdens het maken van de foto ontdekten we dat er een kerel in de cabine zat 'te wachten op z'n motorblok', en hij vroeg om wat water. Dan vraag je je toch af hoe lang hij daar al zit te wachten… op z'n motorblokje! :-S)
Onderweg kruisten we nog de evenaar, en dat was alweer een tijdje geleden. Gelukkig deden we dit op de laatste dag van de zomer op het noordelijk halfrond, en hebben we dus een heuse zomerse dag gehad! De volgende ochtend begon de herfst dus ook voor ons, zielig hè?